Toggle navigation

Contact

Bel onze adviseurs
020 - 344 59 00,
of e-mail ons geheel
vrijblijvend
info@koppeladvies.nl

Geschreven door:
Marijn Bitter

27-07-2011

Vakantiewet wijzigt per 1 januari 2012

Vakantiewet wijzigt per 1 januari 2012

Vakantiewet wijzigt per 1 januari 2012

Met ingang van 2012 geldt in Nederland een nieuwe vakantiewet. De situatie wordt anders bij de opbouw en het opnemen van vakantie bij ziekte/arbeidsongeschiktheid. Ook de vervaltermijn van vakantiedagen verandert.

De drie belangrijkste veranderingen op een rij:

1. Het opbouwen van vakantiedagen
 Tot nu toe gold dat een arbeidsongeschikte werknemer slechts vakantie opbouwde gedurende de laatste zes maanden tijdens de periode van arbeidsongeschiktheid. Iemand die ziek is van 1 januari tot 31 december, bouwt dus ‘slechts’ in de maanden 7 tot en met 12 van dat kalenderjaar vakantiedagen op. Vanaf 1 januari 2012 wordt deze beperkte opbouw van vakantierechten voor arbeidsongeschikte werknemers geschrapt. Zieke werknemers krijgen daardoor dezelfde aanspraken op wettelijke vakantiedagen als andere werknemers. Bovenstaande geldt alleen voor de wettelijke vakantiedagen: voor de extra dagen die in de cao staan, kunnen andere afspraken worden gemaakt.

2. Het opnemen van vakantiedagen
De wet wijzigt ook als het gaat om het opnemen van vakantie tijdens ziekte. Dat kan nodig zijn om niet beschikbaar te hoeven zijn voor controle of uit te rusten van re-integratie. Voorheen lag het aan een afspraak tussen werkgever en werknemer hoeveel vakantiedagen er werden afgeschreven. De wet regelt die informele afspraken nu standaard, en stelt dat de gebruikte vakantiedagen volledig worden afgeschreven. Volledig opbouwen (zie punt 1), betekent dus ook volledig gebruiken. Daarmee worden zieke werknemers niet langer ‘bevoordeeld’ op gezonde werknemers.

3.Vervaltermijn
Om te bevorderen dat alle werknemers in het belang van hun veiligheid en gezondheid daadwerkelijk met regelmaat en tijdig bijkomen door vakantie op te nemen, is er een nieuwe vervaltermijn opgenomen in de wetswijziging. De nieuwe vervaltermijn voor de wettelijke vakantiedagen bedraagt zes maanden. Zijn ze binnen een half jaar na afloop van het vorige kalenderjaar niet opgenomen, dan vervallen de vakantiedagen. Wel geldt er een uitzondering wanneer een werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest om zijn minimumvakantie op te nemen. Jurisprudentie moet dat uit gaan wijzen. Dit alles geldt niet voor vakantiedagen die vóór de wetswijziging zijn opgebouwd, daarvoor blijft 5 jaar gelden als vervaltermijn. Ook voor de bovenwettelijke vakantiedagen blijft de vervaltermijn van vijf jaar gelden.

Onduidelijkheid
Wel bestaat er volgens arbeidsrechtspecialist Jessica Boonekamp van HR-dienstverlener SD Worx nog onduidelijkheid over de uitzonderingen: ‘In de wet staat dat het stringent hanteren van de vervaltermijn van een half jaar niet wordt gehanteerd als de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest om vakantie op te nemen. Maar ja, wanneer is iemand echt niet in staat? Dat zal jurisprudentie moeten uitwijzen. Over het geheel lijkt het me een goede wetswijziging, maar ik had gewild dat de wetgever hierover een duidelijker standpunt had ingenomen. Ik maak veel discussies mee tussen werkgever en werknemer over ziekte, en dan geeft deze wetwijziging weer extra ruimte voor discussie, ziekte het blijft een lastig onderwerp.’

Verlofadministratie
Waar werkgevers vooral op moeten letten is de verlofadministratie. Jessica Boonekamp: ‘Je hebt tussen 2012 en 2017 drie soorten vakantiedagen. De dagen opgebouwd voor 2012 (vervaltermijn maximaal 5 jaar), wettelijk minimum aantal vakantiedagen (vervaltermijn 6 maanden), en bovenwettelijke vakantiedagen (5 jaar). Wij zullen hiervoor een tool in het bestaande personeelsinformatiesysteem ontwikkelen dat voldoet aan de nieuwe wet. Maar het kan voor P&O’ers geen kwaad om hierover eens een belletje te plegen met de verantwoordelijke in de organisatie die dit allemaal regelt.’

Send this to a friend